Centraal in het #aware.hiv-project staat het actief opsporen van mensen met een verhoogde kans op een hiv-infectie. Daartoe behoren vrouwen met baarmoederhalskanker. Dat is namelijk een hiv-indicatorziekte, een aandoening die vaker voorkomt bij mensen met hiv en mede veroorzaakt kan worden door een haperend immuunsysteem. Dat is immers wat het hiv-virus doet: het verzwakt het afweersysteem.
Naast baarmoederhalskanker zijn er andere hiv-indicatorziekten, zoals terugkerende longontstekingen, gordelroos, ernstig psoriasis, seborroisch eczeem, non-Hodgkin lymfoom, onverklaard afvallen, Guillain-Barré syndroom en perifere neuropathie, of een verlaagd aantal bloedplaatjes. Nationale richtlijnen en de Wereldgezondheidsorganisatie adviseren om bij hiv indicatorziektes een hiv test te doen.
‘Uit eerder onderzoek weten we dat de overgrote meerderheid van de patiënten bij wie hiv is vastgesteld, in de jaren voor die diagnose bij een arts is geweest met een hiv-indicatorziekte’, vertelt arts-onderzoeker Carlijn Jordans. ‘Veel van die patiënten werden niet getest op hiv. Het kan zijn dat het verband tussen de indicatorziekte en een hiv-infectie niet werd herkend of dat er een drempel is om een hiv-test uit te voeren.’
Zonder hiv-test komt de diagnose niet aan het licht, en kan geen behandeling worden gestart. ‘Dit leidt tot ernstige gezondheidsschade. Daarom zijn wij in het Erasmus MC gestart met het #aware.hiv–project dat door de Federatie Medisch Specialisten wordt ondersteund. Alle vrouwen met baarmoederhalskanker die in het Erasmus MC worden behandeld, krijgen per 1 december standaard een hiv-test om uit te sluiten dat hiv een rol heeft gespeeld bij het ontstaan van hun ziekte.’
Natuurlijk zou het Erasmus MC het Erasmus MC niet zijn, als aan #aware.hiv geen degelijke studie werd verbonden. Carlijn Jordans: ‘Wij gaan onderzoeken hoe vaak hiv voorkomt op het moment dat een vrouw een afwijkende uitslag krijgt van haar baarmoederhalsuitstrijkje. Volgens de internationale standaard is een afwijkend uitstrijkje een hiv-indicatorziekte. Hier zijn grote Europese studies naar gedaan. Wij willen onderzoeken hoe vaak hiv voorkomt, in het bijzonder onder Nederlandse vrouwen, want daar geven de Europese studies geen antwoord op.’
Routinematig testen bij erkende hiv-indicatorziekten is in elk geval wél kosteneffectief. Casper Rokx: ‘Als je hiv in een vroeg stadium diagnosticeert, voorkom je dat de ziekte uitmondt in aids, met alle ernstige ziektebeelden, ic-opnames en verlies van kwaliteit van leven tot gevolg. Het behandelen van de hiv-infectie verbetert ook de behandeling van de hiv-indicatorziekte. In het geval van baarmoederhalskanker vergroot het de kans om beter te worden.’
Baarmoederhalskanker is zoals gezegd niet de enige hiv-indicatorziekte. Daarom is het belangrijk dat ook andere specialismen aanhaken bij het #aware.hiv-project. Rokx, Jordans, Van de Laar en Van Doorn hopen met hun samenwerking een beweging op gang te brengen. ‘Om te beginnen met onze collega’s in het Erasmus MC, maar later ook met zorgverleners in de andere ziekenhuizen.’
#aware.hiv maakt onderdeel uit van het UNAIDS–programma van de Verenigde Naties. Wanneer wereldwijd minimaal 90 procent van de hiv-patiënten op de hoogte is van de diagnose, 90 procent hiervan behandeld wordt, en bij 90 procent het virus goed onderdrukt is, kunnen we denken aan een aidsvrije wereld in 2030.
Nederland is hier verder mee dan andere landen: hier liggen de percentages respectievelijk op 92, 93 en 96 procent. Nederland is in de unieke positie om als eerste land aidsvrij te kunnen worden. ‘Wij willen de percentages op 100 krijgen. Daarvoor is het noodzakelijk dat hiv-testen bij alle hiv-indicatorziekten net zo bij de routinezorg gaan horen als bijvoorbeeld het prikken van een nierfunctie, een glucosebepaling, het uitvoeren van een longfoto of een CT-scan.’